SCHIEDAM- Voor de grote tentoonstelling Sticky Business – De verleiding van suiker in de kunst in het Stedelijk Museum Schiedam nodigde eetontwerper en gastconservator Marije Vogelzang bijna twintig (internationale) kunstenaars uit. Hemels of hels, suiker roept bij vrijwel iedereen iets op. De een gebruikt de zoetmaker om belangrijke gebeurtenissen te vieren. Anderen zien suiker als het witte gif, dé grote vijand voor de gezondheid.
Ze werpen een nieuw licht op dit maatschappelijke thema. Verlustig je aan een metersgroot snoeplandschap van Pip & Pop, laat je aan het denken zetten door de colamachine van Helmut Smits of lik aan de vrouwenbeelden van Joseph Marr. Bekijk suiker zoals je het nog nooit hebt gezien; door een zoetzure bril.
Wat opvalt is dat de kunstenaars niet vóór of tegen suiker zijn, vertelt gastconservator Marije Vogelzang. Ze is hoofd van de afdeling Food Non Food aan de Design Academy Eindhoven. De afgelopen jaren ontwikkelde Vogelzang zich tot internationaal eetontwerper, een titel die ze zelf bedacht voor werk dat nergens ter wereld werd gedaan. Voor Sticky Business viel haar keuze op kunstenaars die zich door voedsel laten inspireren. Met een zwerm suikerpistooltjes is Vogelzangs eigen werk ook vertegenwoordigd.
Hun werk is soms luchtig, zoals van Bompas & Parr. Het Britse duo filmde de nieuwe party-trend sploshing, een opmerkelijk tijdverdrijf waarbij mensen naakt in een taart gaan zitten. Anderen staan stil bij grote onderwerpen die aan suiker kleven: corruptie, slavernij en eetverslaving. De kunstenaars van Industrial Candy Design nemen het wetenschappelijk onderzoek naar de beleving van snoep onder de loep. Hoe dik moet de chocolade van een Magnum zijn?
Bezoekers kunnen ook likken aan kunst. De vrouwenbeelden van de Australiër Joseph Marr smaken naar cola, fanta, drop en framboos. En op verschillende plekken ruikt het naar snoep, chocolade en bijenwas. Sommige kunstwerken transformeren in de loop van de tentoonstelling. Uit het werk van de Zwitser Jonas Etter druppelt gebrande suiker op de grond, waardoor het langzaam vergaat. De stalagmieten van bijenwas van Driessen & Verstappen (NL) groeien juist dankzij een druppelmachine aan het plafond.