ROTTERDAM- De Bomenridders in Rotterdam uiten hun diepe ongenoegen over de wijze waarop de historische Platanen op het Delftseplein worden behandeld. De actievoerders richten hun pijlen met name op wethouder Chantal Zeegers (D66), die in haar vroegere rol als gemeenteraadslid een fervent voorvechter was van het behoud van bomen in de context van stedelijke ontwikkeling. Voor de Bomenridders is dan ook met verbijstering geconstateerd dat dezelfde wethouder de principes, waarvoor zij ooit stond, lijkt te hebben verlaten. De kritiek spitst zich toe op het feit dat Zeegers, die eens pleitte voor een geïntegreerde aanpak van bouw- en kapvergunningen, nu een beleid voert dat deze waarden schijnt te negeren.
Volgens de Bomenridders zullen de bomen op het Delfseplein ernstig verminkt worden en staan op het punt om plaats te maken voor het nieuwe ‘Tree House’. De kritiek richt zich op het negeren van het belang van de monumentale bomen bij de start van het project. De projectleider zou -volgens de actievoerders – niet open staan voor discussie over het behoud van de bomen, wat leidde tot juridische stappen van de Bomenridders. De gemeente heeft vervolgens de Algemene Plaatselijke Verordening aangepast om de bouw van het ‘Tree House’ te vergemakkelijken, een actie die door de Bomenridders wordt gezien als een omkering van de regels voor één specifiek project.
Verder wordt de gemeente beschuldigd van het negeren van regelgeving omtrent beschermde diersoorten, zoals vleermuizen, die een vliegroute hebben in het gebied. Zeegers, die in 2020 samen met GroenLinks een motie indiende om bouw- en kapvergunningen te combineren, wordt nu bekritiseerd voor het niet naleven van haar eigen principes.
De wethouder heeft (nog) niet gereageerd op de kritiek van de Rotterdamse Bomenridders.