ROTTERDAM- De overwinning van Feyenoord in de KNVB Beker tegen NEC heeft zondag weer geleid tot een uitbundige viering waarbij fans de langgekoesterde traditie voortzetten door in de Hofpleinfontein te springen. Deze gewoonte, die teruggaat tot de Europacup II-finale van 1968, is een symbool van vreugde en trots voor de supporters.
Het fenomeen begon toen supporters van het Duitse Hamburger SV, die daarmee de eersten waren, in de fontein doken. Twee jaar later, in 1970, volgden de Feyenoordsupporters na het winnen van de Europacup. Sindsdien is de sprong in de fontein een vast ritueel geworden bij elke grote overwinning van de club. De Hofpleinfontein is inmiddels ook een centraal punt geworden bij overwinningen van Turkse voetbalclubs en het Marokkaanse nationale elftal. Begin deze eeuw gingen ook enkele jaren de Hindoestanen naar de Hofpleinfontein tijdens hun lentefeest, Holi-Phagwa.
Het baden door de verschillende groepen in de fontein – met kleding en al – is niet alleen een spontane uiting van vreugde, maar heeft ook een diepere betekenis gekregen, menen antropologen. Het wordt gezien als een vorm van viering en reiniging, vergelijkbaar met een doopsel dat een nieuw leven symboliseert. Bovendien wordt de sprong in de fontein vergeleken met het brengen van een wateroffer uit de Griekse cultuur, waarbij men de goden gunstig stemt met een offer. Voor Feyenoordfans is het een dankoffer voor het kampioenschap.
Vorig jaar heeft de gemeente, voorafgaand aan de viering van het zestiende landskampioenschap, maatregelen genomen om de openbare orde en veiligheid te waarborgen door ornamenten weg te halen en het water schoon te maken. Ook dat lijkt nu een traditie, want is ook nu herhaald.